■ Opties tijdens een gesprek
Een groot aantal opties die u tijdens gesprekken kunt gebruiken, zijn
netwerkdiensten. Neem contact op met uw netwerkoperator voor informatie over
de beschikbaarheid.
A
lgemene
functies
41
Copyright
©
2005 Nokia. All rights reserved.
Druk op
Opties
tijdens een gesprek voor onder meer de volgende mogelijkheden:
•
Microfoon uit
of
Microfoon aan
,
Beëindigen
,
Alles afsluiten
,
Contacten
,
Menu
en
Standby
of
Uit standby
,
Nieuwe oproep
,
Apart
,
Opnemen
en
Weigeren
.
• Met
Conferentie
kunt u een conferentiegesprek voeren waaraan maximaal zes
personen kunnen deelnemen. Tijdens het gesprek kunt u een nieuwe deelnemer
bellen (
Nieuwe oproep
). Het eerste gesprek wordt in de wachtstand geplaatst.
Wanneer het nieuwe gesprek is beantwoord, kunt u de eerste deelnemer weer
in het conferentiegesprek betrekken door
Conferentie
te selecteren. Als u een
privé-gesprek met een van de deelnemers wilt voeren, selecteert u
Apart
en
selecteert u de gewenste deelnemer. Selecteer
Conferentie
als u het privé-
gesprek wilt beëindigen en wilt terugkeren naar het conferentiegesprek.
• Met
Toetsen blokk.
kunt u de toetsblokkering te activeren.
•
DTMF verzenden
wordt gebruikt om DTMF (Dual Tone Multi-Frequency)-
toonreeksen, zoals wachtwoorden of rekeningnummers, te verzenden. Het
DTMF-systeem wordt gebruikt door alle touch-tone telefoons. Toets de DTMF-
toonreeks in of haal deze op uit
Contacten
en druk op
OK
. U kunt het
wachtteken w en het pauzeteken p intoetsen door herhaaldelijk op
te
drukken.
• De functie
Wisselen
kunt u gebruiken om over te schakelen tussen het actieve
gesprek en het gesprek in de wachtstand. Met
Doorverbinden
kunt u een
gesprek in de wachtstand doorverbinden met een actief gesprek en zelf de
verbinding verbreken.
• Druk tijdens een gesprek op
Luidspreker
om de telefoon te gebruiken als
luidspreker. Houd de telefoon niet tegen het oor als u de luidsprekerfunctie
Copyright
©
2005 Nokia. All rights reserved.
42
gebruikt. U kunt de luidspreker in- of uitschakelen door respectievelijk
Luidspreker
/
Telefoon
te selecteren, of op
Luidspr.
/
Telefoon
te drukken. De
luidspreker wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u de oproep beëindigt
of wanneer u de handsfree-eenheid of de hoofdtelefoon op de telefoon
aansluit.
Als u een compatibele handsfree-eenheid of de hoofdtelefoon op de telefoon
hebt aangesloten, wordt de optie
Telefoon
respectievelijk vervangen door
Handsfree
of door
Hoofdtelefoon
in de lijst met opties. De selectietoets
Telefoon
wordt respectievelijk vervangen door
Handsfr.
of
Hoofdtel.
.
Waarschuwing: Houd het apparaat niet tegen uw oor wanneer de
luidspreker wordt gebruikt. Het volume kan zeer luid zijn.
Zie
De radio gebruiken
op pagina
104
als u de luidspreker wilt gebruiken in
combinatie met de radio.
Te
k
st into
etsen
43
Copyright
©
2005 Nokia. All rights reserved.